Wat nu?
Tilly’s gezicht voorspelt bij binnenkomst al niet veel goeds. Maar als ik zie dat ze haar jas aanhoudt gaan bij mij alle alarmbellen rinkelen. ‘Wij moeten eens even praten’ mompelt ze. Nu weet ik zeker dat het foute boel is. Heel fout. Tilly’s dochter Mandy ligt dwars. Ze is er vanaf het begin faliekant op tegen dat ik bij haar moeder intrek. Zelf woont ze na een serie ingewikkelde los-vast-relaties weer thuis en zegt nooit meer met een vent onder één dak te kunnen wonen. ‘En zeker niet met die ouwe viezerik!’ ‘Wát nou viezerik! Ze heeft me nog nooit ontmoet!’ roep ik gefrustreerd. Ik verwacht van Tilly dat ze toch ook een beetje voor mij kiest. Maar niks hoor! Tilly staat (nog steeds met haar jas aan) zenuwachtig haar zakdoekje te verfrommelen en weet niks anders uit te brengen als ‘ik hoop dat je er een beetje begrip voor hebt.’ Als ze weg is staar ik radeloos naar de verhuisdozen. Wat nu? Alle schepen zijn achter mij verbrand. Het mooiste baantje van mijn leven heb ik opgezegd en binnenkort moet ik mijn huisje op de Hinthamerbrug uit. En Tilly? Zal ik Tilly ooit nog zien?
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
Ik ben Brugwachter Teus. Samen met mijn hond Henk woon en werk ik per 1 april in het brugwachtershuisje aan de Hinthamerbrug - Archieven
September 2021
Categorieën |